Heb jij ook wel eens dat je eventjes stevig op een pauzeknop wilt drukken omdat alles zo ingewikkeld, eng of vermoeiend is in het dagelijks leven? En is dat dan functioneel of niet? Daar gaat dit boekfragment over...
Fragment uit hoofdstuk 1
'Het gordijn voor het raam had dezelfde kleur geel. Ik staarde er vanuit bed naar en keek hoe de stof zachtjes door de wind bewoog. Door een klein kiertje boven het raam kon er net genoeg naar binnen waaien om het te laten opbollen. Het gordijn leek dan net een zeil van een schip op zee. Het langzaam wiegen van mijn huisje deed me daar ook aan denken. Als ik me zo rot voelde, hielp het om naar die golvende gele stof te kijken. Ik vouwde dan een rand van het dekbed dubbel alsof het een verrekijker was en zo keek ik er met één oog door en zag de wereld op afstand. Even alleen maar toeschouwer zijn, dat had ik op dat moment nodig.'

Wandel je mee over dit bospad?
Wat doen we als het allemaal even teveel wordt? Iedereen heeft daar zo zijn manier in. De een valt stil terwijl de ander sacherijnig rondloopt of zichzelf afleid met iets onnodigs kopen. Om maar een paar dingen te noemen.
Ik zelf heb de neiging om me terug te trekken en het contact uit de weg te gaan. En als dat eventjes is, is dat helemaal geen probleem. Even een avondje of een dagje met een dekentje op de bank stomme series kijken lijkt me niet wereldschokkend. Vooral Jannes - onze oude cyperse kater - is het op zo’n moment helemaal met me eens. Dan kan hij namelijk lekker lang op schoot zitten.
Maar het is een ander verhaal als dat gedrag dagen- of wekenlang doorgaat. En daar had ik vroeger wel last van. In zo’n periode spraken mijn kritische stemmen – mijn goede vrienden De Jagers, voor degenen die het boek al hebben gelezen – luid en duidelijk en zonder tegenspraak. Dan zeiden ze bijvoorbeeld dat het bijvoorbeeld niets uitmaakte dat ik niks deed, want dan kon er ook niks mis gaan.
Dat is niet erg aardig om tegen jezelf te zeggen en zeker niet helpend! Maar dat wist ik toen nog niet.
Gelukkig kreeg ik nieuwe vrienden in mijn binnenwereld. Zo kwam er een nieuwe kapitein op het schip: De vrouw, een capabele vrouw met stoere laarzen en haar haren altijd in een praktische staart die zegt waar het op staat. In het geval van weer te lang blijven hangen in het alleen toeschouwer willen zijn, zegt ze bijvoorbeeld: ‘Zo, nu ga je eens je jas aantrekken en een flinke wandeling maken. Ja, goed zo. Zet de tv maar uit. En als je dan weer thuis bent na die wandeling, ga je een goede vriendin opbellen en vertel je haar wat er scheelt. Ja, ik weet dat je het lastig vindt om jezelf kwetsbaar op te stellen. Maar ik ben er ook bij, he? We doen het gewoon samen, jij en ik. Kom op, je kan het allemaal best wel.’
En zo vaar ik tegenwoordig naar allerhande havens; daar waar goede vrienden en vriendinnen op mij wachten en waar ik inmiddels ook nieuwe heb ontmoet. Omdat die capabele vrouw in mijzelf over het algemeen de goede koers bepaalt. En die Jagers? Die schrobben de kajuiten terwijl ze mopperen en vloeken, maar de boot gaat daar niet minder snel door varen.
Jannes krijgt trouwens bijna altijd aan het eind van de dag alsnog zijn zin, want dan duik ik vaak onder een dekentje op de bank. Niet om me te verstoppen, maar gewoon omdat het heel fijn is.
Muziek tijdens je wandeling?
Bij elk hoofdstuk in het boek heb ik een bijpassend liedje gevonden. Het brengt mij in de sfeer van het hoofdstuk of zegt iets over het thema waar het op dat moment in het verhaal om draait.
Bij hoofdstuk 1 viel mijn keus op Little girl blue van Janis Joplin. De eenzaamheid die je kunt voelen als je even (of langer) niet weet hoe je het nou allemaal moet aanpakken in je leven, komt direct bij me binnen als ik naar dit lied luister. Maar als je goed luistert naar de laatste regels, is het ook heel troostend en hoopvol. We zijn namelijk nooit de enigen met die gevoelens.

Reactie plaatsen
Reacties